Kabouterpad

 

       Kabouter2

Vooraf voor de ouders/begeleiders: 

* Neem een tasje mee om wat vondsten te verzamelen. 

* Neem wat lekkers mee voor een picknick  halverwege de wandeling. 

De wandeling: 

* De kinderen lopen door het park. Bij het  mededelingenbord is het eerste kabouterpaaltje te zien. Vanaf hier is het volgende kabouterpaaltje  zichtbaar, de paaltjes hebben een nummer. Er zijn in totaal 15  kabouterpaaltjes.  

* Bij elk kabouterpaaltje voeren de kinderen een opdracht uit. Lees de kaartjes hardop. 

* Bij kabouterpaaltje 10 op het speelveld staat de kaboutertafel  met de kabouterstoeltjes, hier kun je even een pauze nemen en een  picknick houden. 

* Bij het laatste kabouterpaaltje (15) is de speurtocht afgelopen.  Hier ga je op zoek naar het rode deurtje van het huisje van kabouter Keuvel. Je mag zachtjes aankloppen en het deurtje openmaken. In de schatkist ligt een klein kabouterkadootje voor de kinderen. 

Hieronder staat de lentewandeling beschreven. Er is ook een wandeling voor in de herfst. 

1. Hallo kinderen! 

Ik ben kabouter Keuvel. Ik woon hier op het park.        Kabouter1

Ik wil jullie graag mijn park laten zien. 

Gaan jullie mee op pad? 

Wandel rustig door het park en let goed op! 

Als je mij of mijn vriendjes ziet, vertel ik jullie wat over het park. Veel plezier!

 

2. Insectenhotel 

Vanmorgen vroeg was kabouter Keuvel hier nog bij het insectenhotel, om te kijken of er nog kamers vrij waren voor zijn vriendje Kleine  Wespy. 

Kleine Wespy is niet zo groot en wil graag alleen wonen. Er waren nog genoeg kamers over. 

Kijken jullie ook maar eens: zijn er nog open stengels? En zien jullie ook dichte holletjes? 

Daar wonen onder andere metselbijtjes. Ze maken hun nestje in de holle stengels. Pissebedden wonen graag onderin, lekker vochtig en donker. 

Een insectenhotel is veilig en warm. 

Als jij in dit hotel een plekje zou mogen uitzoeken, waar zou jij dan willen wonen, als je een bijtje of wespje was?

 

3. De kabouterdans 

Het is wel stil in het park, vinden jullie niet? Ik zou het gezellig vinden als jullie een liedje voor me zingen. Kennen jullie een liedje over kabouters? 

       Kabouter3

(melodie Kabouterdans van Kabouter Plop) 

 “Draai een keertje in het rond 

Stamp met je voeten op de grond 

Zwaai je armen in de lucht 

Ga nu zitten met een zucht 

Stap nu rond als een gans 

Zo gaat de kabouterdans!”

 

4. Vogelgeluiden 

       Kabouter1

Kabouter Keuvel luistert graag naar de vogels op het park. Doen jullie maar met hem mee: 

Doe je ogen dicht en luisteren maar! 

Hoor je de vogels? 

Hoor je ook verschillende vogels? 

Sommige tjilpen; anderen fluiten kort; en weer anderen maken er  een prachtig liedje van. Luister maar. 

Weet je ook welke vogel je hoort?

 

5. Knoppen en bloemetjes.

In de lente krijgen de bomen en planten nieuwe knoppen en  bloemetjes. De een is sneller dan de ander.  

Zie jij al knopjes aan de bomen? Zie je ook al bloementjes? Weet jij hoe deze heten?

 

6. Bomen en bloesem 

In de lente zie je prachtige bloesem aan de bomen. Zie jij dat ook?  Welke kleuren zie je allemaal? Kun je de bloesem ook ruiken? 

Wat staan er veel bomen op het park. 

Dikke bomen en dunne bomen. 

Kies één boom uit. 

Passen je handen er omheen? 

Passen je armen er omheen? 

Of moet je er met 2 of 3 kinderen omheen gaan staan? Zie je een boom die dikker/dunner is dan deze boom? 

Voel eens aan de boom. Hoe voelt dat? 

Kun je bij een blaadje? Hoe ruikt het blaadje?

       Kabouter2

 

7. Verspringen 

Ons park ligt in Waterland, daar is het vaak nat. In het park kom ik vaak een plas of een slootje tegen. Daar moet ik dan overheen springen. 

Dat is wel lastig, want ik ben niet zo groot. Kunnen jullie goed slootje springen? 

Oefen maar eens! 

We doen net alsof hier een sloot is 

en springen er overheen. 

1, 2 …..!

 

8. Kriebelbeestjes 

Elke ochtend gaat kabouter Keuvel zijn rondje doen bij de kriebelbeestjes. Die wonen graag een beetje in het donker. Onder de schors van bomen bijvoorbeeld. Of onder bladeren of onder stenen op de grond. 

Dan klopt hij zachtjes aan en draait de schors of steen even om, om te zien of het daaronder allemaal nog goed gaat. 

Jullie mogen dat ook wel een keertje doen. 

Welke beestjes zie je? Bekijk ze goed van dichtbij, maar zachtjes! Zet daarna de beestjes weer terug en dek ze weer toe. Zo blijft het daar lekker donker!

       Kabouter1

 

9. De heemtuin 

We volgen het spoor van kabouter Keuvel en zo komen we bij de heemtuin aan met het water. In de heemtuin staan planten en bloemen die typisch zijn voor de grond op het park. 100 jaar geleden, of misschien nog langer zag je hier precies dezelfde planten!  

Op het water bij de heemtuin komen de bijen en ook wespen water drinken. Soms kun je ze dat zien doen. Ga maar eens op het vlonder  staan.  

Zie jij ze?

 

10. Pauze en bomentikkertje 

We komen nu aan bij het speelveld. Jullie hebben hard gewerkt. Tijd voor een pauze. Ga maar even lekker uitrusten aan de kaboutertafel op een kabouterstoeltje.  

Misschien heb je wel wat lekkers meegenomen, vraag maar even…. als je uitgerust bent kunnen we een spelletje doen. 

Ik speel graag bomentikkertje. 

Dat gaat zo: 

1 Kind is de tikker. 

De andere kinderen staan bij een boom. 

Als je de boom aanraakt ben je vrij. 

Kun je van plaats wisselen met een ander kind? 

Zorg ervoor dat je niet getikt wordt! 

       Kabouter3

 

11. Wolkenbeesten 

We blijven nog even op het speelveld. Ga eens liggen in het gras… Kun je vogels zien? In de bomen misschien. 

Of hoog in de lucht… 

Wat zie je nog meer in de lucht?Als er wolken zijn: hoe gaan de wolken? Zijn ze groot of klein? Waar lijken ze op? 

Kabouter Keuvel fantaseert er graag bij als hij naar de wolken kijkt: soms ziet hij een aap, of een berenkop, of... Wat zien jullie?

 

12. Kaboutermuzikanten 

Kabouters houden erg van muziek. Ze zingen graag maar kunnen ook écht muziek maken. Met gras of met eikendopjes maken ze  instrumenten.  

Kun jij dat ook? 

Pluk een stevige grasspriet of een langwerpig blad. Doe hem in de  lengte tussen je duimen. Maak een klein gaatje tussen je lippen en  blaas nu tegen je duimen. Hoor je dat? 

 

13. Eendjes 

In ons park wonen heel veel eendjes in de sloten, in de lente krijgen ze jonkies.  

Zo lief en pluizig!  

Heb jij ze al gezien?  

Kun je ze tellen, hoeveel jonkies heb je geteld? 

 

14. Kikkerdril 

In de slootjes op het park zijn nog veel meer dieren te vinden. Je  hoeft alleen maar goed te kijken. 

In de lente zie je vaak kikkerdril of soms al kleine kikkervisjes.  Ga maar eens kijken bij de sloot of ze er nu ook zijn! Wel voorzichtig hoor, val er niet in!

 

15. Het huisje van kabouter Keuvel 

Jullie hebben echt goed gewandeld!  

De kabouterwandeling is nu bijna afgelopen. Maar je moet eerst nog op zoek naar het rode deurtje van het kabouterhuisje van kabouter  Keuvel. Als je het deurtje gevonden hebt roep je alle kinderen erbij. Je mag zachtjes aankloppen en het deurtje openmaken.  

In de schatkist ligt een klein piepklein kabouterkadootje voor alle kinderen. Je mag er ééntje pakken! 

Veel succes!

       Kabouter1